Een warmtepomp bij je huis, dat kun je de buren niet aandoen… Een veelgehoorde opvatting over warmtepompen is dat de buitenunit zoveel lawaai maakt dat de buurman er ’s nachts niet van kan slapen. Of dat je zelf niet meer met goed fatsoen in de tuin kunt zitten. Is dat echt zo? Nee, lees waarom een warmtepomp zeker niet bekend hoeft te staan als een apparaat dat herrie maakt.
In dit blog gaan we onder andere in op:
- waar het geluid van een warmtepomp vandaan komt
- bij welke soorten warmtepompen je met geluid te maken kunt krijgen
- oplossingen en tips om geluidsoverlast van een warmtepomp te voorkomen
Waar komt het geluid van een warmtepomp vandaan?
Iedereen kent wel het geluid van een ventilator, die op een warme dag zorgt voor een lekker verkoelend briesje. Je hoort de ventilator voornamelijk omdat er lucht wordt verplaatst. In de meeste buitenlucht warmtepompen zit ook een ventilator en daarom wordt het gezien als een apparaat dat buiten geluidshinder kan veroorzaken. De ventilator is nodig om voldoende buitenlucht door de warmtewisselaar te leiden en dit is weer nodig om warmte uit de lucht te kunnen onttrekken en de warmtepomp zijn werk te laten doen. De ventilator zit meestal in het buitendeel van de warmtepomp verwerkt. Het buitendeel wordt vaak in de tuin of tegen de gevel geplaatst en staat op een plek die bij verkeerde plaatsing overlast kan veroorzaken.
Daarnaast heeft elke warmtepomp een compressor om de opgenomen lage temperatuurwarmte uit de bron op te krikken naar een bruikbare temperatuur. Een compressor maakt ook geluid. Afhankelijk van het type warmtepomp zit de compressor in het buitendeel van de warmtepomp, zoals bij de meeste buitenlucht warmtepompen, of in het binnendeel van de warmtepomp, bijvoorbeeld bij de bodem/water warmtepomp. Zit de compressor in het binnendeel, dan is er bij het ontwerp meestal rekening gehouden met het geluid en zijn er geluidsisolerende maatregelen genomen.
Wil je weten waarom er een compressor en een ventilator in een warmtepomp zitten? Lees het op de pagina Werking van de warmtepomp.
Maakt elke warmtepomp evenveel geluid?
De hoeveelheid geluid die een warmtepomp maakt wordt mede bepaald door het aantal toeren dat de ventilator en compressor moet maken. Het benodigde toerental is onder andere afhankelijk van de grootte van de onderdelen, ofwel het vermogen van de warmtepomp. Andere factoren die een rol spelen zijn de vorm van de ventilatorbladen en de door de fabrikant genomen geluidsisolerende en trilling dempende maatregelen in het ontwerp van de warmtepomp. Elke warmtepomp maakt dus een ander geluid.
Wordt een warmtepomp overgedimensioneerd – het apparaat heeft meer vermogen dan strikt noodzakelijk -, dan hoeven de ventilator en compressor minder toeren te maken en daardoor minder geluid te produceren dan een warmtepomp die exact het benodigde vermogen kan leveren. Daarom kan het om geluid beperkende redenen interessant zijn een iets grotere warmtepomp te kiezen. Bepaalde fabrikanten overdimensioneren overigens vaak al in het ontwerp, vraag dit na bij de installateur of fabrikant.
Aantal decibellen van een warmtepomp
Doordat warmtepompen nog in ontwikkeling zijn, worden de systemen steeds stiller. De meeste buitendelen van lucht/water warmtepompen produceren gemiddeld 35 tot 40 decibel. Ter vergelijking: een vaatwasser haalt 60 dB en een voorbijrazende trein 90 dB.
Hoe voorkom je hinder van het geluid?
Je kunt geluidsoverlast van een warmtepomp voorkomen door te kiezen voor het juiste warmtepompsysteem en dit op de juiste plek te installeren. Schakel altijd een installateur in die ervaring heeft met het adviseren en plaatsen van warmtepompen. Deze installateur besteedt specifieke aandacht aan het geluid van de warmtepomp.
Laat je door de installateur ook adviseren over het optimale warmtepompsysteem voor jouw specifieke situatie. Vraag bij de offerte eventueel naar de productkaart met het Energielabel waarop de geluidswaarden van de warmtepomp staan vermeld. Twijfel je, dan kun je de installateur vragen waar je in de buurt een apparaat in de praktijk kunt zien en horen.
De plek van de warmtepomp heeft effect op het geluid
Een cv-ketel hang je vanwege het geluid niet in de woonkamer op, maar meestal op zolder. Ook bij een warmtepomp moet je nadenken over de plaatsing. Zet het binnendeel van een warmtepomp bijvoorbeeld in de (bij)keuken of op de plek waar nu de cv-ketel staat of hangt. Zet het binnendeel van een warmtepomp op een stevige ondergrond of hang het op aan een stevige stenen muur.
Ook bij het buitendeel van de warmtepomp moet je opletten waar je het neerzet. Plaats het buitendeel van een warmtepomp in elk geval niet direct aan de erfscheiding, tegen de schutting of onder een slaapkamerraam, zeker niet onder het slaapkamerraam van de buren, maar kies voor een optimale afstand tot de naastgelegen tuinen, terrassen en ramen.
Extra geluid beperkende maatregelen
Verder kan zowel het binnen- als buitendeel akoestisch ontkoppeld geplaatst worden. Dit houdt in dat trillingen en contactgeluid zo min mogelijk direct doorgegeven worden. Dit kan bijvoorbeeld door trillingsdempers te plaatsen of een trilling dempende montagebalk te gebruiken. Een goede installateur kan hierbij adviseren.
Daarnaast kan een geluidwerende omkasting geplaatst worden, ook wel suskast genoemd. Deze omkasting wordt om het buitendeel van de warmtepomp heen gebouwd. Bovendien zorgen omkastingen vaak voor een verfraaiing van het aanzicht van het buitendeel.
Een andere optie is een nachtregeling inschakelen waardoor de warmtepomp ’s nachts niet of minder hoeft te draaien en minder of geen geluid maakt. Zo kun je bij een all-electric warmtepomp op buitenlucht ervoor kiezen de warm tapwaterboiler bij voorkeur overdag te laten bijvullen. Dan is er over het algemeen meer omgevingsgeluid en valt het geluid van het buitendeel minder op. Daarnaast is het overdag warmer dan ’s nachts en haalt de warmtepomp tevens een hoger rendement, en heeft het apparaat minder elektriciteit nodig voor dezelfde hoeveelheid warm water. Win-win dus!
Op de hoogte blijven van het laatste nieuws op het gebied van warmtepompen? Schrijf je in voor de nieuwsbrief.
Geluid van een hybride warmtepomp
Een hybride warmtepomp, een combinatie van een warmtepomp met cv-ketel, wordt over het algemeen ingezet voor ruimteverwarming. De warmtepomp staat aan als het buiten koud is en de meeste mensen binnen zitten. Het ‘voordeel’ van dit type warmtepomp is dat deze niet aanstaat op momenten dat er veel buiten geleefd wordt, want de cv-ketel levert het warm tapwater. Hiermee wordt de kans op geluidsoverlast weer beperkt.
9 tips en oplossingen om geluidsoverlast van een warmtepomp te voorkomen
- Kies voor een erkende/ervaren installateur van warmtepompen om je te adviseren
- Vraag de installateur om een ‘luistersessie’ bij een al geïnstalleerde warmtepomp
- Ben je gevoelig voor geluid, kies dan een iets groter vermogen warmtepomp dan strikt noodzakelijk. De warmtepomp hoeft minder voluit te draaien en dat scheelt geluid. Sommige fabrikanten ‘overdimensioneren’ overigens al in het ontwerp
- Laat het binnen- en buitendeel akoestisch ontkoppeld plaatsen, denk daarbij aan onder andere aan het gebruik van trillingsdempers
- Plaats het binnendeel op een stevige vloer of aan een stevige stenen wand
- Plaats het buitendeel van een warmtepomp niet direct aan de erfscheiding, tegen de schutting of onder een slaapkamerraam (zeker niet onder dat van de buren)
- Plaats een geluidsisolerende omkasting om het buitendeel van de warmtepomp
- Pas de regeling aan, zodat de warmtepomp zo min mogelijk ’s nachts hoeft te draaien voor bijvoorbeeld warm tapwater productie
- Houd rekening met de uitblaasrichting van het buitendeel
Met bovenstaande tips voorkom je op voorhand geluidsproblemen met een warmtepomp. Als iemand zich eenmaal aan een geluid stoort, is het moeilijk daar op een andere manier naar te kijken, of liever gezegd, te luisteren. Ook bij geluid geldt: voorkomen is beter dan genezen!